EPP Groep Position Paper over de aanpak van een geïntegreerd industriebeleid

14.06.2021

EPP Groep Position Paper over de aanpak van een geïntegreerd industriebeleid

Belangrijke opmerking

Dit document is automatisch vertaald.


Originele versie weergeven
Publicatie picture

Europa neemt fundamentele beslissingen over zijn economische toekomst voor de komende jaren. De Commissie heeft duidelijke ambities geformuleerd voor de groene en digitale transitie en voor een vernieuwd industriebeleid. Om deze doelstellingen te bereiken, moeten ze elkaar versterken; we hebben een evenwicht nodig tussen de verschillende prioriteiten en we moeten overheidsuitgaven en stimulansen op deze lijnen afstemmen. Hoewel alle ingrediënten voor deze aanpak aanwezig zijn in de voorstellen van de Commissie, is er geen overkoepelende 10-jarenstrategie die ons naar onze 2030-doelstellingen en verder brengt. Dit is echter onontbeerlijk voor Europa's kleine en middelgrote ondernemingen (KMO's) en grote bedrijven om hun planning en investeringszekerheid op peil te houden.

De Green Deal is de veronderstelde Groeiagenda, maar zoals we vervolgens hebben gezien, hebben we digitale en industriële doelstellingen op gelijke voet nodig, omdat ze allemaal van elkaar afhankelijk zijn. Een aanpak die al deze doelstellingen samenbrengt in concrete strategieën voor industriële ecosystemen zou de juiste geïntegreerde aanpak zijn en dit is wat de PPE-Fractie graag zou zien. Het moet duidelijk zijn dat dit niet bedoeld is als een Plan Economie. Wat we nodig hebben is een consistent overheidsbeleid voor alle industrieën over verschillende beleidsinstrumenten heen dat hen door deze complexe transities heen zal helpen.

We moeten deze strategieën zo snel mogelijk invoeren. Als we de strategieën nu zouden hebben, zouden we de uitgaven en wetgevingsprioriteiten voor 2022 kunnen aanpassen. Dan zouden we ongeveer 8,5 jaar hebben voor een monumentale transformatie. Dat is een extreem korte tijdlijn, die alleen kan worden gehaald met gezamenlijke en toegewijde inspanningen van zowel beleidsmakers als bedrijven. Om het duidelijk te stellen: zonder een complete en geïntegreerde strategie, die richting geeft aan al onze instrumenten, beleidsmaatregelen en uitgaven, is het onwaarschijnlijk dat Europa zijn industriële, digitale en groene doelstellingen in 2030 zal halen. Dit is vooral te wijten aan het feit dat het korte tijdsbestek en de taken die voor ons liggen een uitdaging kunnen zijn, vooral voor kleine en middelgrote ondernemingen, de ruggengraat van de Europese economie.

In dit document zet de PPE-Fractie de grote lijnen uiteen van haar opvattingen over hoe de strategie van de Commissie zou moeten worden voltooid.

Ecosysteem als kern

De PPE-Fractie steunt de ecosysteembenadering van de Industriële Strategie. Digitale en klimaatdoelstellingen zullen elk ecosysteem anders beïnvloeden en de positie van Europa op de wereldmarkt verschilt ook per ecosysteem. Om concurrerend te blijven en strategische autonomie te bereiken, heeft elk ecosysteem zijn eigen aanpak nodig.

Volgens het Annual Single Market Report 2021 (ASMR) "omvatten industriële ecosystemen alle spelers die betrokken zijn bij het bereiken van een bepaald sociaaleconomisch doel: van de kleinste start-ups tot de grootste bedrijven die samenwerken om aan een nieuwe marktbehoefte te voldoen, de onderzoeksactiviteiten die industriële innovatie ondersteunen, de regelgevers die economische activiteit sturen door middel van stimulerend beleid, tot de dienstverleners en leveranciers." Deze uitgebreide definitie van een ecosysteem toont duidelijk het belang aan van een volledig geïntegreerde aanpak. We hebben een strategie nodig waarin effectieve maatregelen voor al deze elementen van ecosystemen samenwerken om het concurrentievermogen en de groei van de ecosystemen te versterken. Deze maatregelen moeten zowel op maat gemaakt zijn voor de individuele belanghebbenden, bv. kmo's, als een universeel karakter hebben dat horizontaal in alle ecosystemen wordt toegepast.

Een belangrijke vraag die door de actualisering van de strategie wordt opgeworpen, is of de 14 ecosystemen die in 2020 zijn geselecteerd, nog steeds de relevante zijn. Als gevolg van belangrijke ontwikkelingen heeft de Commissie het perspectief van afhankelijkheden als sturend criterium aan haar strategie toegevoegd, maar zij heeft niet overtuigend uiteengezet waarom deze ontwikkelingen geen gevolgen zouden hebben voor de selectie van de 14 ecosystemen.

Afstemming van instrumenten

De Unie beschikt over een volledig arsenaal aan instrumenten om haar doelstellingen te bereiken. De industriële strategie steunt op industriële allianties als kerninstrument. Dat is een voorbeeld van een agendabepalend instrument, dat de kern van de strategische aanpak zou moeten vormen. Agenda's voor concurrentievermogen kunnen echter alleen slagen als ze leiden tot een geïntegreerde aanpak van andere instrumenten.

  • Agendabepalende instrumenten: Industriële allianties, routekaarten voor industriële technologie, Europese partnerschappen, strategisch plan van de HEU, sectorale klimaatpartnerschappen, TEN, pact voor vaardigheden.

  • Financieringsinstrumenten: IPCEI's, Horizon Europe, Europese partnerschappen (met name gemeenschappelijke ondernemingen), digitale innovatiehubs, InvestEU, CEF, slimme-specialisatiestrategieën, nationale herstelplannen, innovatiefonds, fonds voor billijke overgang, structurele en regionale EU-financiering, programma Digitaal Europa, programma interne markt, Erasmus+.

  • Regelgevingsinstrumenten: Betere regelgeving, staatssteun en mededingingsregels, Klimaatwet, Taxonomie, REDII, EED, ETS, AI-verordening, Gegevenswet, DGA, DMA, DSA, standaardisatie, buitenlandse subsidies die de interne markt verstoren.

  • Internationale instrumenten: CBAM, Handelsovereenkomsten inclusief vrijhandelsovereenkomsten en partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomsten, WTO-regels, standaardisatie, afhankelijkheidsanalyse, wereldwijde klimaatverplichtingen (wereldwijd ETS?), Partnerschappen met buurlanden, Verdrag inzake het Energiehandvest.

Volledig geïntegreerde strategie

Zoals in de ASMR wordt gesteld, omvat de ecosysteembenadering "het systemische belang van alle horizontale en verticale verbanden tussen economische actoren". We moeten echter ook de horizontale en verticale verbanden tussen alle relevante instrumenten ter ondersteuning van die ecosystemen volledig integreren.

De huidige industriestrategie ontbeert deze beleidsintegratie en concrete actie. Hierdoor ontstaat het risico dat de effectiviteit van maatregelen wordt ondermijnd. Maatregelen via het ene instrument moeten meestal worden ondersteund door maatregelen in andere instrumenten. Deze ondersteuning kan ontbreken wanneer we geen geïntegreerde aanpak hebben.

De ecosysteemfiches in de ASMR bieden een heel goed uitgangspunt, maar ze moeten voor alle ecosystemen worden ingevuld. We hebben slechts zes afhankelijkheidsanalyses, we hebben slechts twee pilot-roadmaps voor industriële technologie, de details over hoe de taxonomie een specifiek ecosysteem zal beïnvloeden ontbreken vaak en het woord 'zou kunnen' komt vaak voor in de fiches. Bovendien lijkt, als gevolg van een spillover-effect van de Taxonomie, de richtlijn duurzaamheidsverslaglegging voor bedrijven (CSRD) nu ook van toepassing te zijn op het MKB, met mogelijk aanzienlijke administratieve lasten. Om een overgang te bewerkstelligen moeten we de behoeften van een ecosysteem kennen en een strategie ontwikkelen om deze behoeften te vervullen. Dit vraagt enerzijds om ambitieuze Technology Roadmaps voor alle ecosystemen om richting te geven aan het O&O dat nodig is voor nieuwe technologieën. Anderzijds moeten we de infrastructurele en vaardigheidsbehoeften van de ecosystemen nauwlettend in de gaten houden.

Om het voorbeeld van kwantumtechnologie te nemen: we zijn erin geslaagd om een reservering van 1 miljardeuro voor kwantumtechnologie op te nemen in het Horizon Europe-programma. Daarnaast komt er aanzienlijke financiering uit het programma Digitaal Europa en zijn er verschillende GO's relevant, bijvoorbeeld de gemeenschappelijke onderneming voor essentiële digitale technologie. Samen met het onlangs opgerichte Quantum Industry Consortium (QuIC) moeten we er nu voor zorgen dat er een gemeenschappelijke governancestructuur wordt gecreëerd, met inbegrip van relevante diensten van de Commissie en belanghebbenden, om de investeringen met duidelijke 2030-doelstellingen te sturen. Hierdoor zullen we niet alleen de zo belangrijke technologische vooruitgang op dit gebied kunnen realiseren, maar ook een beslissende innovatie-infrastructuur voor vele andere sectoren kunnen vormen.

Zoals de ASMR opmerkt, ontwikkelen de ecosystemen zich bovendien "tegen dezelfde achtergrond: een geïntegreerde interne markt". Als we overkoepelende ambities stellen voor die interne markt en zijn deelnemers, zoals een taxonomie voor duurzame investeringen of een herziening van de staatssteunregels, zonder een geïntegreerde strategie voor de ecosystemen, kunnen deze grote ambities contraproductief zijn omdat ze essentiële deuren kunnen sluiten voor specifieke ecosystemen. Een ander element waarmee rekening moet worden gehouden, is het effect van keuzes in één ecosysteem op andere ecosystemen (bv. een grote afhankelijkheid van waterstof in één vervoerssector zal gevolgen hebben voor de beschikbaarheid van waterstof in andere sectoren). Tot slot moeten er duidelijke plannen komen om de bureaucratie en de administratieve lasten tot een minimum te beperken. Hiermee samenhangend is de herziening van het staatssteunkader. De herziening verloopt te traag en is te gefragmenteerd. De herzieningsvoorstellen van de IPCEI-regels lijken nog steeds te conservatief. Publieke en private investeringen zullen worden afgeremd als Europa geen duidelijkheid verschaft over de staatssteunregels, vooral voor KMO's. Gezien de complexiteit en de urgentie van dit moment moeten we de dogmatische houding ten opzichte van staatssteun achter ons laten en alle mogelijkheden overwegen, van een tijdelijke opschorting van de staatssteunregels in specifieke sectoren tot een volledige herziening van de staatssteunregels in andere sectoren.

Wat we willen doen

Als laatste stap hebben we een duidelijke operationalisering van alle oplossingen nodig. De voltooiing van de analyse zou ons op het goede spoor zetten, maar de details van de tenuitvoerlegging zullen van cruciaal belang zijn. Om van de strategie van de Commissie over te stappen op de EPP-benadering zijn een aantal stappen nodig:

  • De Commissie moet de analyses voor alle ecosystemen zo snel mogelijk afronden.

  • De Commissie moet de selectie van de 14 ecosystemen opnieuw beoordelen.

  • De Commissie moet de infrastructuurbehoeften jaarlijks monitoren.

  • De ecosystemen moeten een duidelijk technologisch stappenplan overleggen.

  • De begrotingsautoriteiten moeten flexibiliteit tonen in de jaarlijkse begrotingsprocedure en in de tussentijdse evaluaties van de programma's van de Unie om ervoor te zorgen dat de financieringsprioriteiten van de Unie kunnen inspelen op de resultaten van de routekaarten en de infrastructuurbehoeften.

  • De wetgevers moeten de wetgeving kritisch beoordelen en alle nodige instrumenten voor betere regelgeving toepassen, met name de mkb-toets, met name voor het "Fit for 55"-pakket en de digitale dossiers (DGA, DSA, DMA), om ervoor te zorgen dat de wetgeving in overeenstemming is met de resultaten van de analyse.

  • De Commissie moet samen met de lidstaten een routekaart presenteren om de administratieve lasten voor het Europese bedrijfsleven, en met name het mkb, met ten minste 30% te verminderen, teneinde de kostendruk te verlagen en het concurrentievermogen te bevorderen.

  • Het kader voor staatssteun moet dringend worden herzien om het geschikt te maken voor wereldwijde concurrentie.

  • De Commissie moet de evaluatie van strategische afhankelijkheden voortzetten en een actieplan presenteren over hoe de mondiale onderlinge afhankelijkheid van Europese ecosystemen kan worden versterkt.

  • De Commissie moet een strategisch pakket samenstellen om de interne markt te versterken, buitenlandse subsidies en overnames aan te pakken en de regels voor overheidsopdrachten aan te passen aan de toekomst, zodat wat we in de EU produceren en ontwikkelen ook door de EU wordt beschermd.

Voorbeeld: Schone luchtvaart

De luchtvaartsector bevindt zich momenteel in een perfecte storm: de economische activiteit is ingestort als gevolg van COVID-19, de duurzaamheidsdoelstellingen voor de sector zijn immens en de implicaties van gedigitaliseerd mondiaal vervoer zullen de bestaande bedrijfsmodellen op de proef stellen. Dit maakt het tot een perfecte casus om de behoefte aan een geïntegreerde aanpak te illustreren.

Onder de industriële strategie is de sector opgenomen in het lucht- en ruimtevaart- en defensie-ecosysteem. De sector is echter ook nauw verbonden met andere ecosystemen, bijvoorbeeld het "Energie - Hernieuwbare Energie Ecosysteem" en het "Mobiliteit - Transport en Automobiel Ecosysteem". Nu investeren in koolstofneutrale technologieën zal hoogstwaarschijnlijk niet leiden tot de emissiereducties die nodig zijn in 2030 en is gebonden aan beslissingen in andere ecosystemen. Als we tegen 2030 synthetische brandstoffen willen gebruiken om die doelstellingen te bereiken, zal dit de beschikbaarheid van energie en grondstoffen voor de productie van elektrische vliegtuigen en andere sectoren onder druk zetten. Als we energie steken in de productie van emissievrije waterstof om de energie-intensieve industrieën koolstofvrij te maken, zal dit de beschikbare energie voor de luchtvaartindustrie onder druk zetten. De Joint Undertaking on Clean Aviation, opgericht in het kader van Horizon Europe, zal schonere technologieën opleveren voor 2030, maar die zullen moeten worden afgestemd op de investeringen die door de Alliantie worden voorgesteld. Ondertussen zullen de gemeenschappelijke onderneming en de alliantie financiering moeten ontvangen uit dezelfde kassen in de private sector, die momenteel hard wordt getroffen door een ongekende crisis in de sector. Ondertussen is de voorgestelde EU-financiering in het kader van Horizon Europa voor dit partnerschap ontoereikend voor het niveau dat op dit gebied nodig is. Daarom moeten aanvullende financieringsbronnen worden geïdentificeerd en aan het partnerschap worden gekoppeld om het gebruik van de bredere MFK-financiering voor de belangrijkste "Green Deal"-doelstellingen in het kader van het partnerschap te optimaliseren en de benodigde particuliere investeringen te stimuleren. Zijn er aanvullende gerichte IPCEI's nodig? Tegelijkertijd worden plannen om de luchtvaart mogelijk te integreren in het ETS nog niet genoemd in de strategie en bestaat er bezorgdheid dat de EU-Taxonomie niet zodanig is ontworpen dat alle opties om de luchtvaart koolstofarm te maken kunnen worden gefinancierd. Dit zet particuliere investeringen in O&O onder druk op een moment dat we die het hardst nodig hebben. Bovendien moet de luchtvaart, net als veel andere ecosystemen in de strategie, worden geïntegreerd in de internationale handelsactiviteiten van de Unie, in financierings- en staatssteunregelingen en in de onderwijsinitiatieven om de vaardigheden te verbeteren. De actualisering van de strategie heeft een belangrijk begin gemaakt voor de sector, maar dit korte overzicht geeft aan waar we nog veel werk moeten verzetten om tot een echt geïntegreerde aanpak te komen.

Andere gerelateerde inhoud