Europees Parlement wil meer Regionale Samenwerking

Vandaag keurde een grote meerderheid in het Europees Parlement Pascal Arimonts eindverslag goed over de modaliteiten en de financiering van het Interreg-programma, periode 2021-2027. Dat verslag werd opgesteld door rapporteur Pascal Arimont. Belgisch Europarlementslid Arimont streed voor een sterk en duidelijk mandaat om zich van de financiering van Interreg te verzekeren en grensoverschrijdende samenwerking te vergemakkelijken.

“Vandaag worden Europese beleidsdomeinen uitgedaagd door nationalistische en anti-Europese tendensen. Interreg is een belangrijk symbool tegen isolatie en voor samenwerking tussen buren. Wij willen dat grensbelemmeringen verwijderd worden - ook, en misschien nog belangrijker, in de hoofden van de mensen. Grensgebieden zouden gemeenschappelijke ruimtes moeten worden waarin Europa een tastbare realiteit vormt in het dagelijkse leven. Het Interreg-programma wil deze doelen waarmaken”, stelt Pascal Arimont, die rapporteur is van het Europees Parlement. “Daarom is het noodzakelijk om niet te snoeien in het budget van het programma. Wij Europarlementsleden maakten bezwaar tegen de budgetsvoorstellen van de Commissie en stelden een hogere financiering voor. Dit is niet enkel belangrijk voor de Europese grensregio’s, maar voor de Europese Unie in het geheel. Europese lidstaten hebben baat bij een goede relatie met hun buren”, verklaart Arimont, die voorstelde 2,73 miljard euro extra toe te voegen en zo uit te komen op een totaalbedrag van 11,16 miljard euro voor Europese territoriale samenwerking.

“Verder willen wij de bureaucratie verminderen door organisaties te helpen met het uitvoeren van hun grensoverschrijdende activiteiten. De vereisten van de ene financieringsperiode naar de volgende zijn in die mate toegenomen, dat potentiële begunstigden verhinderd worden zich nog maar aan te melden. Nog steeds is er een teveel aan papierwerk mee gemoeid. We zouden grensoverschrijdende samenwerking en gemotiveerde mensen moeten aanmoedigen om hun projecten uit te voeren in plaats van hen tegen te werken”, voegt Arimont toe. “Kleine projecten en projecten op mensenmaat in het bijzonder brengen individuen samen op lokaal niveau en zijn van enorm belang voor de ontwikkeling van grensgebieden. Mensen die in deze projecten stappen, komen gewoonlijk uit het middenveld. Om ons ervan te verzekeren dat zulke projecten in de toekomst met succes verdergezet kunnen worden, is het van cruciaal belang om de omstandigheden voor hen te vergemakkelijken. Regelgeving moet dus duidelijker worden”, besluit Arimont.

Achtergrond:

Interreg is een van de sleutelinstrumenten in de Europese Unie die samenwerking tussen grensregio’s mogelijk maakt door financiering van projecten. Het doel is om samen gemeenschappelijke uitdagingen aan te pakken en naar gezamenlijke oplossingen te zoeken in domeinen als gezondheid, milieu, onderzoek, onderwijs, toerisme, transport, duurzame energie en zo meer. Interreg is een van de twee projecten van het EU Cohesiebeleid en wordt gefinancierd door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO).