Tijd voor actie op migratiegebied

18.05.2015

Tijd voor actie op migratiegebied

Publicatie picture

Migratie moet altijd holistisch worden benaderd. Elk aspect moet worden beschouwd als een onderdeel van een alomvattende strategie. Concrete solidariteit staat daarbij centraal.

  • In 2014 kwamen er meer dan 276 000 irreguliere migranten naar de EU. Dit is een stijging van 155% ten opzichte van het jaar daarvoor. Bij pogingen om de Middellandse Zee over te steken zijn afgelopen jaar 3200 migranten om het leven gekomen. Dit jaar kwamen er tot nu toe al meer dan 1500 om. De dood van 700 migranten bij één enkel bootongeluk voor de kust van Libië vormde daarbij het trieste hoogtepunt.
  •  In 2014 liep het aantal asielzoekers in de EU-28 op tot bijna 650 000; dit was een stijging van 40% ten opzichte van 2013.
  • Het aantal Syrische asielzoekers binnen de 28 EU-lidstaten nam in 2014 toe tot 124 000; dit kwam neer op bijna 20% van het totaal aantal asielzoekers uit landen buiten de EU. We mogen de migratiedruk uit het Oosten (Oekraïne) echter niet uit het oog verliezen.
  • Terwijl de lidstaten aan de buitengrenzen van de EU (Italië, Malta, Griekenland en Bulgarije) onevenredig onder druk staan wat betreft asiel en migratie, behandelen en verwerken vijf lidstaten (Zweden, Duitsland, Frankrijk, Italië en Hongarije) 70% van de asielaanvragen.
  • In 2013 vaardigden de EU-lidstaten 425 825 terugkeerbesluiten uit. In de praktijk keerden echter niet meer dan 166 975 personen terug naar hun land van herkomst (minder dan 40%).

De crisis op het gebied van het asielbeleid aanpakken

  • De lidstaten moeten het nieuwe asielpakket vóór augustus 2015 omzetten en het volledig uitvoeren.
  • De slogan "Naar een eerlijker verdeling en gedeelde verantwoordelijkheid" mag geen lege huls zijn: de EVP-Fractie vraagt de Europese Commissie om het bestaande systeem uit te breiden met een bindend mechanisme voor de verdeling van de asielzoekers over de lidstaten. Dat moet in werking treden zodra in een lidstaat een bepaalde drempel wordt overschreden. Voor de uitvoering van een dergelijk mechanisme zouden criteria kunnen gelden zoals de omvang van een land, het inwonertal, de economische situatie en het aantal migranten dat de lidstaat al heeft opgenomen.
  • Als een aanvullende maatregel moet het systeem voor de interne herplaatsing van vluchtelingen worden vernieuwd.
  • Binnen het beleid van de Unie moet een duidelijk onderscheid worden gemaakt tussen legale asielzoekers (d.w.z. asielzoekers in afwachting van hun procedure) en irreguliere migranten.
  • Om de migratiestromen tot aan de grenzen van de EU te beheersen en te verminderen, moet we het sluiten van overeenkomsten met derde landen stimuleren.
  • Het begrip "onveilige derde landen" (oorlogsgebieden) moet worden ingevoerd, zodat asielaanvragen uit dergelijke landen sneller kunnen worden verwerkt.
  • Het begrip "veilige derde landen" (voornamelijk landen in de Westelijke Balkan) moet verder worden bijgeschaafd, om de procedures te versnellen en de terugkeer naar het land van herkomst te bevorderen wanneer een asielaanvraag als ongegrond van de hand wordt gewezen.
  • De optie een humanitair visum af te geven moet in het bijzonder in het geval van niet-begeleide minderjarigen, overwogen worden.
  • In derde landen moeten informatiecentra worden opgezet en gefinancierd. Dat moet gebeuren in samenwerking met het Bureau van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor vluchtelingen (UNHCR) en met plaatselijke regeringen.
  • Met financiering uit de EU-begroting moeten we de lidstaten helpen hun opvangvoorzieningen in kwalitatief en kwantitatief opzicht te verbeteren.
  • We zijn voorstander van een strikt terugkeerbeleid voor uitgeprocedeerde asielzoekers en van eerlijke en snelle procedures die ofwel daadwerkelijke integratie ofwel onmiddellijke terugkeer tot gevolg hebben.
  • We moeten overwegen om een eerste onderzoek naar asielaanvragen uit te voeren in landen buiten de EU.
  • Met het oog op de noodplanning en tijdige paraatheid van de lidstaten moet het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken (EASO) met een situatiebeoordeling komen. Voor dit project moeten voldoende personele en financiële middelen beschikbaar worden gesteld.
  • Ter ondersteuning van de maatregelen van de lidstaten op het gebied van hervestiging, herplaatsing, en informatie- en opleidingscapaciteiten moet er een online EASO-platform komen. Dat moet de uitwisseling van best practices en informatie vergemakkelijken en de samenwerkingsmogelijkheden vergroten.

De mogelijkheden tot legale migratie verkennen om zo irreguliere migratie minder aantrekkelijk te maken

  • We moeten ervoor zorgen dat legale migratie haar oorsprong vindt in de vraag van de arbeidsmarkten in de lidstaten naar zowel laag- als hoogopgeleide werknemers en in de capaciteit van de lidstaten om migranten op te nemen. Hierbij moet rekening worden gehouden met de demografische problematiek en de economische crisis waar we mee te kampen hebben.
  • Bij legale migratie moet een duidelijk onderscheid worden gemaakt tussen instrumenten die voor humanitaire doeleinden worden gebruikt en instrumenten die tegemoetkomen aan de behoeften van de arbeidsmarkten in de lidstaten.
  • Met betrekking tot legale migratie voor humanitaire doeleinden roept de EVP-Fractie op tot een meer geïntegreerde aanpak op EU-niveau. Daarom vraagt zij alle 28 lidstaten om beter gebruik te maken van hervestigingsprogramma's en regelingen voor tijdelijke bescherming (humanitaire visa).
  • Met betrekking tot legale migratie om tegemoet te komen aan de behoeften van de arbeidsmarkt verzoekt de EVP-Fractie om de volledige bestaande EU-wetgeving op dit gebied uit te voeren. We denken daarbij aan de gecombineerde vergunning, de richtlijn seizoenarbeid en de ICT-richtlijn (richtlijn voor tijdelijke overplaatsing binnen een onderneming). We vragen ook om spoedig over te gaan tot de vaststelling van de richtlijn betreffende studenten en onderzoekers en om herziening van de blauwekaartrichtlijn.
  • De lidstaten moeten ervoor zorgen dat nieuwe migranten op een degelijk inburgeringsbeleid kunnen rekenen (verplichte taalcursussen, onderricht over de waarden van de Unie, sociale inclusie, enz.)
  • Het gebruik van voor integratiebeleid bestemde EU-middelen moet beter worden gecoördineerd.

Een nultolerantiebeleid ten aanzien van mensenhandel en mensensmokkel; de controles aan de buitengrenzen aanscherpen

  • Mensenhandel is een moderne vorm van slavernij. Daarom moeten alle grensoverschrijdende criminele netwerken worden opgespoord en uitgeschakeld. De lidstaten en de betrokken instanties moeten een nultolerantiebeleid voeren.
  • Migratie mag geen lucratieve business zijn voor mensenhandelaars en -smokkelaars die nieuwe wegen bewandelen om de EU binnen te komen en die nieuwe methoden (zoals de zogenoemde "spookschepen") gebruiken om migranten uit te buiten. De EU en haar lidstaten moeten verhinderen dat criminele en terroristische organisaties gemaakte winst gebruiken om hun activiteiten uit te breiden en hun organisatiestructuren te versterken.
  • De EVP-Fractie dringt erop aan om voor de Libische kust een gezamenlijke militaire marine-operatie van de EU en de VN op touw te zetten om mensensmokkel een halt toe te roepen, criminele en terroristische netwerken uit te schakelen en over te gaan tot de systematische inbeslagneming en vernietiging van alle boten die door smokkelaars worden gebruikt.
  • Aangezien de Europese Politiedienst (Europol), het Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen van de lidstaten van de Europese Unie (Frontex) en het Europees grensbewakingssysteem (Eurosur) de Europese acties op migratiegebied aanvoeren, moeten de lidstaten ervoor zorgen dat deze instanties zowel over voldoende middelen beschikken (personeel en materieel) om hun verplichtingen na te komen als over de juridische middelen om waardevolle gegevens te mogen uitwisselen.
  • Identiteitsfraude, documentfraude en mensenhandel moeten worden opgespoord en op doeltreffende wijze tegengegaan.
  • De mogelijkheden van de lidstaten en Europol om samen te werken met rechtshandhavingsautoriteiten uit derde landen moeten worden verbeterd, onder andere via gezamenlijke operaties om criminele netwerken en netwerken voor mensenhandel uit te schakelen.
  • De bevoegdheden met betrekking tot controles aan de buitengrenzen moeten worden versterkt: wanneer Frontex verantwoordelijk is voor een operatie, dient Frontex het bevel te voeren en niet de verzoekende lidstaat.
  • Nauwere samenwerking met Turkije, Mali en Niger (waar momenteel GBVB-operaties gaande zijn) is noodzakelijk en moet een belangrijke rol spelen in de strijd tegen irreguliere migratie, georganiseerde misdaad en mensenhandel.
  • We moeten extra aandacht besteden aan niet-begeleide minderjarigen die aan mensenhandel ten prooi vallen.

Wat te doen met/tegen de stromen irreguliere migranten

  • Als een onmiddellijke en prioritaire maatregel moeten de EU en haar lidstaten meer middelen vrijmaken voor de uitbreiding van de zoek- en reddingscapaciteiten en meer levensreddende missies op touw zetten.
  • Alleen door op doeltreffende wijze en samen met derde landen niet alleen de gevolgen, maar ook de onderliggende oorzaken van de migratie aan te pakken, kunnen we voorkomen dat mensen hun leven op het spel zetten door aan boord gaan van onveilige schepen.
  • Het is van essentieel belang, ook met het oog op grensbeleid en rechtshandhavingscapaciteit, dat wordt besloten tot meer gerichte ontwikkelingshulp.
  • De opvang- en beschermingsvoorzieningen in doorreislanden (in de EU en in derde landen) moeten worden ontwikkeld.
  • Aan financiële steun van de EU moeten strikte voorwaarden worden verbonden, waarbij ontwikkelingsdoeleinden aan politieke doeleinden (goed bestuur) worden gekoppeld.
  • We moeten derde landen van doorreis en herkomst steunen bij hun pogingen om te voorkomen dat mensen vertrekken.
  • Er moet een strikt terugkeerbeleid worden gehandhaafd voor irreguliere migranten, onder andere met behulp van een EU-programma voor gezamenlijke terugkeeroperaties dat door Frontex wordt gecoördineerd.
  • We moeten ervoor waken dat het nieuwe beleid en de nieuwe maatregelen niet juist een aanzuigende werking hebben.
  • We moeten de veiligheid en de bewaking aan onze buitengrenzen aanscherpen. Dit kan onder andere door middel van nieuwe technologieën, door te zorgen voor een betere uitvoering van en samenwerking tussen bestaande IT-systemen zoals het visuminformatiesysteem (VIS) en het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS-II), met behulp van de nog te ontwikkelen instrumenten die in het slimmegrenzenpakket zijn omschreven, en via strikte toepassing van het nieuwe Schengenevaluatiemechanisme. Alle lidstaten moeten de bestaande gegevensbanken optimaal benutten en blijven bijwerken.
  • Lidstaten moeten aan hun verplichting voldoen om vingerafdrukken te nemen van alle binnenkomende migranten (Eurodac).
  • De bijdragen aan de Frontex-begroting moeten worden verhoogd, de gezamenlijke Frontex-operaties moeten worden versterkt en er dient een Europees grenswachtteam te worden ingezet, zoals in de nieuwe Frontex-verordening is vastgesteld.
  • De diplomatieke inspanningen en acties onder leiding van de VN die gericht zijn op stabilisering van de situatie in naburige conflictgebieden (zoals Libië, Syrië en Oekraïne), waar oorlogen en falende staten allerlei vormen van mensenhandel in de hand werken, moeten worden bevorderd en ondersteund. De snelle expansie van IS (Islamitische Staat) en de verdere escalatie van het militaire conflict tussen Rusland en Oekraïne zullen uiteindelijk gevolgen hebben voor zowel de massale instroom van migranten als het aantal ontheemden.

De samenwerkingsstrategieën met derde landen aanpassen

  • Om kans van slagen te hebben, moeten externe betrekkingen, ontwikkelingsbeleid en humanitaire hulp worden verweven en gecombineerd met intern beleid en interne veiligheid.
  • De doeltreffendheid van de huidige instrumenten (mobiliteitspartnerschappen, overeenkomsten betreffende terugkeer/terugname en regionale samenwerkingsnetwerken) moet worden geëvalueerd.
  • De humanitaire hulp en de steunregelingen moeten worden verbeterd om de landen die aan oorlogsgebieden grenzen (bijv. Jordanië, Tunesië en Libanon in het geval van het Syrische conflict), te ontlasten. Hervestigingsprogramma's moeten worden versterkt.
  • We moeten ondersteuning bieden aan de ontwikkeling van levensvatbare staten. De levensomstandigheden moeten mensen toelaten in hun land van herkomst te blijven.
  • Het probleem van de massale toestroom van vluchtelingen uit het Midden-Oosten en Afrika, in het bijzonder uit de Afrikaanse landen ten zuiden van de Sahara, moet worden aangepakt. De EU moet meer programma's opzetten ter bevordering van regionale herplaatsing en ter ondersteuning van regionale ontwikkeling en samenwerkingsnetwerken. In dit verband onderstrepen we het belang van de bestaande GBVB-operaties in Mali en Niger.
  • Aangezien er een verband bestaat tussen de expansie van IS en de massale toestroom van migranten en/of asielzoekers, moeten de diplomatieke werkzaamheden van justitie en binnenlandse zaken op het gebied van veiligheid en terrorismebestrijding worden gestimuleerd en meer worden geïntegreerd.